In Freepack kun je per gebruiker instellen welke programma’s men mag inzien/bewerken:
Autorisatie 111/115
- In programma 111 wordt per gebruiker de graad voor de verschillende modules aangegeven. Graad 0 heeft de meeste rechten, graad 9 heeft de minste rechten
- In programma 115 wordt per programmaonderdeel aangegeven welke graad er nodig is om deze te kunnen benaderen (waarbij O staat voor onderhoud, R voor raadplegen en P voor printen)
- Graad 0: supervisor, kan alle onderdelen benaderen
- Graad 1, kan in alle programmaonderdelen met graad 1-9
- Graad 2 kan in alle programmaonderdelen met graad 2-9
- Enzovoort, dus graad 9 kan alleen in de programmaonderdelen met graad 9
In geval van meerdere administraties:
- De rechten kunnen per administratie ingesteld worden, dus een gebruiker per administratie verschillende rechten hebben.
- De administratie waarin Freepack opgestart wordt (administratie 1) moeten alle gebruikers kunnen openen, anders kan er niet via F12 gewisseld worden van administratie. Als de medewerker administratie 1 alleen in mag om een onderliggende administratie te openen, maar in administratie 1 geen toegang mag hebben tot de programma’s, dan krijgt deze gebruiker in deze administratie in programma 111 graad 9 en staan in programma 115 alle programmaonderdelen op graad 8 of lager (0-8). In de administratie waarin de gebruiker wel toegang mag hebben krijgt de gebruiker de juiste graad en toegang tot de programmaonderdelen die hij/zij mag benaderen.