Werkgever (312)

In dit programma staan algemene gegevens en percentages die nodig zijn bij de verloning. De percentages worden door de bonden verstrekt.

Onderhoud

Tabblad 1 Algemeen

Loonheffingsnummer:

Hier geeft u het volledige loonbelastingnummer in. Dit nummer kunt u terugvinden op de Wkh-beschikking van de Belastingdienst.

Loonheff. aangifte via adm.:

Geef hier aan via welke administratie de loonaangifte gedaan moet worden.

Dagboek:

Hier moet het nummer ingegeven worden van het dagboek waarop de loonboekingen in de financiële administratie geboekt moeten worden.

Laatst gebruikte UZK-nr:

Indien in programma Constanten (311) de vraag “Uitzendkrachten doornummeren” is aangevinkt, moet hier het laatst gebruikte uitzendkrachtnummer ingevoerd worden.

Laatst gebruikte inschr. nr:

Hier moet het laatst gebruikte nummer ingevoerd worden dat bij programma Inschrijvingen (392) is gebruikt.

% Doorbetaling bij ziekte:

Geef hier het percentage in wat doorbetaald moet worden bij ziekte, indien er een doorbetalingsverplichting geldt. Indien gewenst, kan via programma Uitzendkrachten (331) hier per uitzendkracht van afgeweken worden.

% WGA Inhouding (netto):

De werkgever mag maximaal 50% van de WGA-premie verhalen op het nettoloon. Geef hier het door u gewenste percentage in als volledig getal, dus 50% = 50 en geen 0,5.

Indien u hier gebruik van gaat maken wordt na het invullen de mogelijkheid geboden om deze inhouding bij alle uitzendkrachten te activeren. Doet u dat niet dan dient u dit in programma Uitzendkrachten (331) handmatig af te handelen.

% Sociaal fonds:

U kunt hier het percentage invoeren zoals vastgesteld door het SFU.

% Scholing:

De uitzendonderneming is verplicht een vast percentage, van het in het desbetreffende jaar aan uitzendkrachten werkzaam in fase A/1-2 verschuldigde brutoloon, te besteden aan scholing van uitzendkrachten. Meer informatie hierover is terug te vinden in de ABU CAO of de NBBU CAO.

Indeling Aof

Sinds 2022 geldt de gedifferentieerde Aof-premie. Dit houdt in dat er een verschil wordt gemaakt tussen kleine en (middel)grote werkgevers. Kleine werkgevers betalen de lage premie en voor(middel)grote werkgevers geldt de hoge premie. Of u een kleine of (middel)grote werkgever bent, kunt u terugvinden op de Whk-beschikking die u van de Belastingdienst heeft gekregen.

Na de keuze voor klein of (middel)groot wordt het lage of hoge Aof percentage automatisch gevuld in programma Bedrijfsvereniging (313).

ET Uitruilprioriteit wijzigen in 81/100:

De standaard uitruilprioriteit voor de ET-regeling is 100/81. Door hier een vinkje te zetten is dit te wijzigen in 81/100 (zie programma Uitzendkrachten (331) voor meer informatie over de ET-regeling).

Verplichte EersteDagsMelding:

Met ingang van 01-01-2009 is de EDM melding niet meer verplicht en zal ook niet meer automatisch worden aangemaakt. Mocht uw organisatie op basis van een beschikking van de Belastingdienst toch verplicht worden om een EDM aan te leveren dan dient u deze optie aan te zetten. Hierdoor heeft u de mogelijkheid om EDM aan te maken.

Max. aantal SVW dagen (5/7):

Het maximum aantal SVW dagen is standaard 5. In sommige gevallen mogen er 7 dagen gehanteerd worden. Meer informatie hierover is terug te vinden in het handboek loonheffingen van de Belastingdienst.

Grondslag reserveringen:

Hier kan aangegeven worden welke uren meetellen in de grondslag voor het vakantiegeld en in de grondslag van de overige reserveringen. Deze settings worden automatisch overgenomen bij de aanmaak van een nieuwe uitzending (335). Per uitzending kan hiervan worden afgeweken.

Tabblad 2 Bedrijfsvereniging

Op het tweede tabblad kunnen de gegevens per ‘BV’ ingevoerd worden. Hiermee kan een onderscheid gemaakt worden tussen bijvoorbeeld:

• • Technisch personeel met uitzendbeding
  • Administratief personeel met uitzendbeding
  • Personeel zonder uitzendbeding
  • Detachering

Dit staat in samenhang met de ‘Sector- en Premiegroep’ waarin het uitzendbureau is ingedeeld door de Belastingdienst.

Loonheffingsnr:

Het is mogelijk om vier verschillende groepen te verlonen. Deze groepen worden aangegeven met BV 1 t/m 4. Per BV dient het loonheffingsnummer ingegeven te worden.

Kostenplaats:

Als er een administratie op kostenplaats bijgehouden moet worden, dan moet hier een bestaande kostenplaats ingegeven worden. Met behulp van F3 kunnen de bestaande kostenplaatsen geraadpleegd worden. Zie Kostenplaatsen (219) voor verdere uitleg over het gebruik van kostenplaatsen.

Uitzendbeding:

Per BV dient er aangegeven te worden of op het betreffende loonheffingsnummer wordt verloond met uitzendbeding, zonder uitzendbeding of op basis van het periode/ketensysteem.

Sector:

In programma Bedrijfsvereniging (313) voert u per BV de sector in waarbinnen u verloond. De sector kunt u terugvinden op de Whk-beschikking van de Belastingdienst.

% Reserv. WG lasten:

Op het moment dat er verloond wordt, worden er reserveringen opgebouwd. Als deze reserveringen worden opgenomen, dan moeten hierover werkgeverslasten betaald worden. Door hier een percentage in te geven wordt er alvast een voorziening opgebouwd om die werkgeverslasten bij opname van de reserveringen af te kunnen dragen. Dit bedrag wordt meegenomen in de kostprijs.

De berekening voor dit percentage is als volgt: Tel alle in programma 313 ingevoerde percentages in de kolom Werkgever op, behalve ‘Werkeloosheidswet’. Om te controleren of het juiste percentage is ingegeven, kunt u in programma 311 kiezen voor Controle gegevens.

% Leegloop:

In een uitzendovereenkomst zonder uitzendbeding geldt er een doorbetalingsverplichting voor het uitzendbureau als er geen werk meer is voor de uitzendkracht. Om in deze doorbetalingsverplichting te voorzien, kan ervoor gekozen worden om hier een percentage in te geven voor de BV’s waar geen uitzendbeding voor geldt. Dit percentage dient zelf gekozen te worden.

% Voorziening transitieverg.:

U kunt per BV een voorziening opbouwen voor eventuele transitievergoedingen. Dit percentage dient zelf gekozen te worden. Via het afdrukprogramma ‘389 Loonboekingen’ (punt u.)  kunt u een overzicht afdrukken hoeveel per debiteur voorzien is.

% Werkgever:

In deze kolom kan een optionele voorziening voor de werkgever ingegeven worden.

Uitzend of Payroll

In de laatste kolom dient u aan te geven of de betreffende BV een uitzend of payroll administratie is. Dit is van belang voor de loonaangifte.

Raadplegen

Mogelijkheid tot het raadplegen van de ingevoerde Werkgever gegevens.

Afdrukken

Mogelijkheid tot het afdrukken van de Werkgever gegevens. Het is ook mogelijk om de ingevulde gegevens in pdf op te slaan. Via ‘Voorbeeld’ kunt u de Werkgever gegevens op uw scherm nakijken.